MEDIA EN POLITIEK ANDERS GELEZEN
Communisme in China
Communistisch China, dat lezen we zo vaak in de Westerse
media. Onze correspondent ter plaats is het daarmee niet eens. Zijn verhaal zal
ogen openen of wenkbrauwen doen fronsen. Precies wat De Bron wil zijn: een bron van inspiratie. Even
meelezen:
“In China ben ik ondanks de lange tijd dat ik daar woon, en
ondanks mijn talrijke omzwervingen door heel het land (ik was in ongeveer 50
grote steden en in talloze kleine dorpjes), maar weinig communisten
tegengekomen. Tenminste als we communisten definiëren op de manier zoals wij
dat in het westen doen. De communistische denkbeelden, die bestaan niet meer in
China. Meer nog: in China heb ik zelfs geen lichtrode socialisten kunnen
vinden.
In een klein stadje in Sichuan heb ik ooit eens met een man
gesproken die nog met vuur het donkerrode communisme van Mao Zedong
verdedigde maar hij werd door de rest
van zijn omgeving als een zonderling beschouwd. Van de talloze politici,
officials en middenkaders van de partij was er niet één die een poging deed om
de schijn op te houden, om een woord te zeggen over de communistische
idealen. De meeste van hun hadden het
over geld. Investeringen, bedrijven, economie (tijdens de eerste drie
ontmoetingen). Of over vrouwen, Karaoke
TV, concubines en maîtresses (na de 3e of 4e diner).
Lang geleden, toen er in Baoding (Hebei province) nog geen
luchthaven was, ben ik samen met een andere Vlaming, eens afgehaald op de
luchthaven van Beijing door de plaatselijke partijleider van Baoding. In zijn
verlengde, geblindeerde BMW (met bar en andere vermakelijkheden)zijn we begeleid
door twee 'zwaantjes' door het drukke verkeer van Beijing geraasd, daarna met
hoge snelheid over de splinternieuwe, nog onverlichte autostrade. De chauffeur ging regelmatig over
de pechstrook om de traag rijdende vrachtwagens voorbij te steken. Heel de tijd
duwden de twee 'zwaantjes' het verkeer opzij om ons door te laten. Na een dikke
twee uur waren we al in Baoding. We hebben daar de plaatselijke specialiteit
geproefd: ezelsvlees met selder. De hele
tijd en de dag daarna hebben we enkel maar over geld gesproken. Niet één woord
over communisme.
Eind 2007 heb ik eens de dochter van de gouverneur/
partijchef van de provincie Henan ontmoet. Nauwelijks 18 jaar, maar al halfweg
haar studies aan de befaamde Fudan universiteit in Shanghai. Ze reed met een
rode BMW 3 reeks en gedroeg zich als een ‘Shanghai prinses’. Ze parkeerde haar auto pal midden op een
plein in de voetgangerszone. Toen ze even later merkte dat er een politieagent
haar auto inspecteerde, spurtte ze naar buiten, stopte hem 200 CNY (yuan, Chinese
munteenheid) toe en gaf hem de opdracht om haar auto te bewaken, zodat hij niet
weggesleept werd. We hebben toen lange tijd over ‘communisme’ gesproken. Zij
zelf was voorzitter van de communistische studentenraad aan de Fudan ‘maar dit jaar ben ik nog niet naar de
bijeenkomsten geweest’ gaf ze toe. Ze
had een assistente die dat voor haar regelde.
Ze had nog twee jaar te doen aan de Fudan universiteit, maar ze hoopte
om het volgend jaar al naar Harvard te kunnen gaan; haar pappie zou dat wel
geregeld krijgen. Daarna hebben we het
over haar vader gehad. Haar pappie (lid van het partijcomité) had het heel
druk, maar kon ook intens van het leven genieten. Ze gingen vaak op reis naar
het buitenland. Haar moeder had 5 ayi's, dienstmeiden. Haar vader was gelukkig getrouwd met haar
moeder en had daar bovenop nog 4 concubines (maîtresses) die niet zo ver van
hun familiehuis woonden. Op mijn vraag of haar moeder dat goedkeurde, knikte ze
heel hevig bevestigend. Eén van de concubines noem ik "tante" zei ze.
En ‘mijn moeder kent alle concubines heel goed.’ Op mijn vraag naar de
hongbao's (de rode enveloppen, het geld onder de tafel) zei ze: Ach, dat is een deel van ons
leven, de mensen brengen elke dag zoveel
cash geld naar ons huis, verpakt in kartonnen dozen en plastic zakken, we
hebben een privésecretaris in dienst om dat allemaal te registreren.
Dát is communisme in China.
In China zijn ook een aantal gewone mensen lid van de
partij. Zij betalen lidgeld volgens hun inkomen. Zo goed als al deze mensen
worden lid uit puur opportunisme. Dat wordt ook rechtuit gezegd. Als je
promotie wil maken in de administratie, als je tot het middenkader behoort in
(de weinig nog overblijvende) staatsondernemingen of als je je wil gaan mengen
in de lokale politiek dan is zo'n
lidkaart nuttig. Overtuigde communisten
moet je daar niet tussen zoeken.
Het
confucianisme
China en de Chinese bevolking hebben meer dan 2000 jaar geleefd
volgens de regels van het confucianisme.
Dit Chinees ethisch en filosofisch systeem zit heel diep in de aderen
van de Chinezen. Zelfs al waren ze
Boeddhist of Taoist, confucianist waren ze in elk geval. Tijdens de culturele
revolutie is het confucianisme onderdrukt maar na Mao Zedong's dood is het snel
weer beginnen bloeien. Vandaag, veelal zonder dat ze het zelf beseffen, zijn de
Chinezen weer terug echte confucianisten geworden. Al van voor Christus staat
Confucius voor hard studeren, interpersonele competitie, een goed getraind
ambtenarenkorps dat respect betuigt voor de bevolking en aanmoediging van
prive-initiatief. Allemaal waarden die haaks staan op het communisme.
Ook in Japan en Zuid-Korea zijn er behoorlijk veel confucianisten,
maar de ‘kern’, de die-hard confucianisten, die zit in China.
De Chinese regering bestaat vooral uit technocraten, meestal
ingenieurs die zich langzaam doorheen de partijstructuren naar de top gewerkt
hebben. Zij nemen beslissingen die
gebaseerd zijn op Excel-tabellen en benchmark rapporten. (terloops: de nieuwste arbeidswetgeving is
gebenchmarkt met de Belgische arbeidswetten)
Vorige week in de US heeft Xi Jinping verklaard dat hij pas heel laat
(toen hij er niet meer onderuit kon) lid geworden is van de partij. Er zitten maar heel weinig advocaten of ‘menswetenschappers’
in de hoogste partijrangen. De vorige
regering (Hu Jintao / Wen Jiabao)
bestond bijna uitsluitend uit ingenieurs. Hu Jintao is een waterbouwkundig
ingenieur, Wen Jiabao is een mijningenieur.
Communisme dat vind je zelfs in
de regeringskringen niet meer.
Tot zover dit verhaal van een
Vlaming in China.
Nawoord
Het
lijkt er sterk op dat China, net als het Westen in het verleden, onderhevig is
aan de groeipijnen en uitwassen die gepaard gaan met een zeer snelle toename
van de economische activiteiten en de toenemende welvaart. Een eeuw geleden was
Vlaanderen nog een armoedige regio, en het kostte Europa twee wereldoorlogen
vooraleer het de vruchten kon plukken van de economische bloei. Zou China beter
kunnen?
Pjotr
Geen opmerkingen:
Een reactie posten