05 mei 2011

Voorbeeldige poenscheppers

ANDERS GELEZEN

Het is al te gemakkelijk om van onze politici te verwachten dat ze het voorbeeld geven zonder erbij stil te staan dat ook zij deel zijn van een staat waar men het in zijn geheel niet zo nauw neemt met het geld van anderen.

Een woord dat de laatste tijd nogal vaak wordt gebruikt – ook door mij – is onrechtvaardigheid. De onrechtvaardigheid is echter niet altijd het gevolg van een gebrek aan ethiek bij personen maar soms te wijten aan de sociologisch teloorgang van het respect voor wetten en regels. Historici beweren zelfs dat Vlaanderen zich altijd heeft afgezet tegen teveel bemoeienissen van bovenuit en de opstand tegen de Nederlanders in 1830 ook een centenkwestie (belastingen) was. Wat door velen ervaren wordt als onrechtvaardig is dan te wijten aan een systeem waarin niet iedereen dezelfde kansen krijgt om te sjoemelen. De complexiteit van ons herverdelingssysteem met al zijn achterpoortjes waarvan slechts de ‘rijksten’ kunnen profiteren, is daar één voorbeeld van; frauduleuze staatssteun ontvangen een ander.

Met deze gedachte in het achterhoofd las ik een bijdrage van Bart Maddens in het maandblad Doorbraak van mei 2011 eens anders. Onder de titel ‘De poenscheppers van de Wetstraat’ verwijst hij naar het boek dat hij samen met Karolien Weekers schreef en uitgegeven werd in 2009 bij ACCO. Uit hun onderzoek blijkt dat de partijfinanciering in België absoluut niet getuigt van voorbeeldig gedrag. Via diverse wegen die vooral de omvang van de staatssteun voor de politieke partijen moeten camoufleren, gaan elk jaar 22 miljoen euro naar de politieke partijen. Blijkt dat het afschaffen van de provinciebesturen zo moeilijk ligt wegens hun rol als melkkoe voor de partijen; samen goed voor 4,4 miljoen euro. Een enorm bedrag waarvan de auteurs zich afvragen hoe deze raden erin slagen om zoveel geld op te doen. Het antwoord is dat deze inkomsten doorgesluisd worden naar de partijen. Kan best zijn maar volgens een provincieraadslid, pas nadat de raad zelf eerst royaal uit de kas graaide voor allerlei ‘studiereizen en bezoeken allerhande’.

Er is zelfs een communautair geurtje aan deze transfers want de Union de Francophones (UF) dat géén geld krijgt wegens geen fractie in het Vlaams parlement krijgt wel een partijdotatie via de provincieraad; ondertussen reeds 65.583 euro. Met dat geld, zo bekent Christian Van Eyken in LLB, wordt een Lettre UF op 120.000 exemplaren verspreid in Vlaams Brabant. Waarvoor Vlaams geld al niet goed is!

Een recente studie van VIVES (door Geert Jennes) leert ons dat de transfers van Noord naar Zuid nu al 11 miljard bedragen. Hij komt tot dat bedrag door (voor het eerst) de jaarlijkse interesten die België betaalt voor zijn staatsschuld in rekening te brengen. Méér dan 5 miljard euro en het gaat crescendo! Deze komen bovenop de transfers via de federale overheidsuitgaven (zonder sociale zekerheid), de bijzondere financieringswet en de sociale zekerheid, samen goed voor 5,7 miljard euro. Hier is vooral één gewest de poenschepper: Wallonië, waar de uitgaven elk jaar hoger liggen dan de inkomsten.

Informatie over geldstromen als gevolg van een op zijn minst betwistbare politieke wetgeving overspoelen de media. Het debat over de winsten van Electrabel veroorzaakt door een regering die weigert de cijfers van zijn eigen controleur (CREG) te aanvaarden en daarom beroep doet op de nationale bank om ‘het juiste cijfer te bekomen’ bewijst twee dingen: dat de regering niet onpartijdig is en dus niet voor het algemeen welzijn opkomt en ten tweede dat adviesorganen blijkbaar maar dienen om de eigen wensen (in dit geval deze van Didier Reynders, maar ten minste gedoogd door Leterme) te bevestigen. De geloofwaardigheid van twee eerbiedwaardige instellingen wordt zo te grabbel gegooid. Het wordt tijd dat men deze door de Franstalige partijen gedomineerde regering eens confronteert met Yves Leterme’s eigen woorden: wie gelooft die mensen nog?

Nochtans maakt geld niet gelukkiger. Dat is alvast de overtuiging van kersverse senator Peter Van Rompuy (CD&V). Op zijn blog verwijst hij naar de USA waarbij de stijgende curve van inkomsten (BNP per hoofd) gekruist wordt door de dalende curve van ‘zeer gelukkigen’. Een stijgend Bruto Binnenlands Geluk gebaseerd op een sterke economie en trage stapsgewijze vooruitgang (in plaats van confrontatie) vormen zijn bijdrage tot het vernieuwingsproces van CD&V dat onlangs door Rik Torfs en Inge Vervotte werd bekend gemaakt. Het is alvast lovenswaardig dat een jonge senator pleit voor minder materialistische doelstellingen en het zou zijn geloofwaardigheid ten goede komen, mocht hij binnen een redelijke termijn een wetsvoorstel neerleggen in de senaat waarbij de graaicultuur van de politieke partijen en de talrijke producenten van zitpenningen worden afgebouwd. Misschien mogen we zelfs hopen dat de herverdelingssystemen eindelijk ook zorgen voor een betere herverdeling want hoewel we beter doen dan de USA blijkt uit de talrijker wordende informatie duidelijk dat in België de herverdeling niet enkel gestuurd wordt door de regering maar voor een groot stuk via de oneigenlijke wegen van fiscale fraude, zwartwerk én het officiële profitariaat.

Pjotr
ANDERS GELEZEN