MEDIA EN POLITIEK ANDERS GELEZEN
Negeren tot het overbodig is
Er zijn soms discussies tussen verstandige mensen die je
best met enige zin voor humor leest. Dat overkwam een lezer van dS die een
journaliste van de krant wijst op een fout in een artikel over de staatsschuld.
Lezer L.D. schrijft op 18 oktober: “In DS van
donderdag 17 oktober 2013 las ik uw interessant artikel over de staatsschuld
van de USA. Daarin stond een grafiek waarbij ook de Belgische staatsschuld is
vermeld. Met een heel lichte stijging naar 97,8% in 2013. Als ik de cijfers van
het agentschap voor de schuld er bij neem zie ik in 2012 99,8 %. Ik lees
overigens regelmatig dat we nu in 2013 licht boven de 100% zitten, en dat de
regering in 2013 “potentiële maatregelen zal identificeren” om de staatsschuld
onder de 100% van het BNP te brengen (eventuele via gedeeltelijke verkoop
participatie in Belgacom en BPost). Dat betekent dan impliciet dat we nu boven
de 100% zitten. Bij Eurostat staat een percentage van 99,6% eind 2012. Dus
allemaal tekenen dat de schuldratio hoger is dan het percentage en de
grafiek in uw artikel . Hoe verklaart U dat? Moet dat niet via een rechtzetting
duidelijk gemaakt worden aan de lezers van De Standaard?”
Blijkbaar
zit de journaliste een beetje verveeld met die pertinente vraag en wordt naar
gewoonte niet gereageerd. Dat noemt men bij dS blijkbaar de volhardingstest.
Maar helaas voor dS, lezer L.D. is een kuitenbijter en een week later stuurt
hij volgende rappel naar de journaliste: “Ik ontving nog geen reactie
van uw kant over de foute grafiek. Ondertussen las ik in De Tijd (en niet in
DS) dat de staatsschuld van België zou opgelopen zijn tot 105% van het BNP (Eurostat)
en ik heb ook al een cijfer geciteerd gezien van 104% (Oeso). Ik weet dat die
105% een ‘tussentijds’ cijfer is, maar alles duidt in dezelfde richting,
grotere schuldratio dan wat in uw grafiek stond. 2 % (99,8 min 97,8) van
het Belgisch BNP is wel eventjes 7 miljard euro... Zorgt U voor een
rechtzetting aub?
Na vier dagen dubben over haar antwoord ontvangt de lezer dan volgend
antwoord: “Geachte heer, de grafiek van The Wall Street Journal heeft als groot
voordeel dat een vergelijking tussen verschillende landen mogelijk is, wat de
toestand in de VS tastbaarder maakt voor onze lezers. DS zal ongetwijfeld nog
vaak over de Belgische staatsschuld schrijven. Met beleefde groeten, E.N”.
Lezer
L.D. maakt zich hierover vrolijk en laat mij weten dat hij met haar antwoord
smakelijk moet lachen, want vergelijkingen gaan pas op wanneer de vergeleken
elementen ook juist zijn.
Anders gelezen, heeft
L.D. gelijk. Het antwoord slaat nergens op en ondertussen is het te laat
voor een rechtzetting. Het had de journaliste gesierd mocht ze toegegeven hebben
dat ze (bij gebrek aan tijd of uit luiheid) de grafiek gewoon had gecopy-pastet
in plaats van aan te passen. We mogen dus onthouden dat het bij dS niet komt op
een slordige zeven miljard. Maar goed ook, want anders zouden ze ook nog over
de transfers juiste informatie moeten geven en dat zou nog moeilijker zijn.
Subtiele taal
Zo rijk is onze taal. Om
ons van een punt naar een ander te bewegen, zijn er schier eindeloze
mogelijkheden. We lopen, wandelen of slenterden. We hinken wegens een blaar op
onze voet en spurten naar de wachtende bus. Maar er zijn ook omschrijvingen
waarbij de manier van voortbewegen tegelijk iets zegt over de bedoeling ervan
of over de omgeving. We struinen markten af op zoek naar prullaria, maar begeven
ons naar het kabinet van de burgemeester. Een koning schrijdt al gebeurt dat
soms wat haperend. Dan zijn er de beeldschone modellen die defileren. Ja zelfs
militairen defileren voor de grote heren en op 21 juli zelfs voor het gewone
volk. Op de Piazza Navone te Rome paraderen dan weer mooie dames om indruk te
maken op koffienippende heren. De fanfare zorgt ervoor dat we netjes in de pas
stappen tijdens een processie. Niet zo een zootje ongeregeld tijdens een betoging.
We kunnen ook marcheren,
maar dat is niet hetzelfde als stappen in de pas van de fanfare. Marcheren
roept een associatie op met gedrilde militairen die vooral niet mogen nadenken.
Peloton halt, dan stop je ook al is daar geen reden voor. Voorwaarts Mars!
Links Links! Rechtsom Keer! Die discipline voor de goede gang van zaken wordt
dan weer helemaal anders wanneer politici marcheren. Dan is Hitler nooit veraf.
In de tijd dat duizenden strompelden naar de uitroeiingskampen.
De woordkeuze van
journalisten is dus niet onschuldig. Soms houdt ze een boodschap in,
een interpretatie die de onoplettende lezer gemakkelijk slikt. Een voorbeeld
hiervan vond ik in een recent nummer van Knack. Ann Peuteman begint haar bijdrage
over ‘De Kracht van verandering: doorlichting van de gemeenteraadsverkiezingen
van 2012’ met volgende zin: “14 oktober 2012. Bart De Wever marcheert in de
richting van het Antwerpse stadhuis. Zijn partij heeft de verkiezingen gewonnen
en niet alleen in Antwerpen”.
Oud nieuws maar ook bij
Peuteman is het woord ‘marcheren’ dat toen gebruikt werd door de politiek-correcte media, blijven hangen. Hiermee bevestigt ze een negatief beeld over
Bart De Wever en zijn partijgenoten. Overigens marcheert hij alleen maar ‘in de
richting’ en weten we dus niet of hij wel aangekomen is. Wanneer een
verstandige journaliste het werkwoord ‘marcheren’ gebruikt is dat geen slordigheid
maar een bewuste interpretatie. Zou het niet anders geklonken hebben mocht ze
geschreven hebben dat De Wever samen met zijn eveneens verkozen partijgenoten naar
het stadhuis wandelde?
RTBF demoniseert N-VA
Geen Zevende Dag
maar wel een ‘Faire le Point’ op RTBF. De Franstaligen waren unisono tegen het
N-VA voorstel. Het cordon tegen het N-VA is een feit. De Vlamingen van dienst, Guy
Van Hengel, Open VLD en Eric Van Rompuy, CD&V hekelden met veel
enthousiasme het N-VA voorstel. Separatisme punt uit. Geen argumentatie wel een
oproep aan de Franstaligen om niet openlijk een cordon sanitaire in te stellen.
Met de nadruk op openlijk, wel te verstaan.
Ze hadden ook
N-VA uitgenodigd maar er kwam niemand opdagen. Altijd prijs. Want stel u even
voor dat er wel iemand was van N-VA: één tegen zes en wees maar gerust dat de
antwoordtijd nog meer in het nadeel zou zijn. Verstandige mensen bij N-VA om
weg te blijven. Dat de Franstalige kijkers op die manier eenzijdig worden
geïnformeerd is voor de staatszender – met nadruk op ‘staat’ - nog nooit een
punt van discussie geweest. Zou er één Vlaamse journalist tegen deze ondemocratische
handelswijze durven protesteren? Tenslotte wordt zo éénderde van de Vlaamse
kiezers a priori buitenspel gezet.
Citaten van de week
Walter Pauli in Knack (nr 41): "Dat is het mandaat dat De Wever
van de kiezer vraagt: kies voor ons, en wij verlossen u van fr PS. Hij staat
daarmee niet helemaal alleen. Er is niet één interview met Wouter Beke bekend
waarin hij zegt DE Wever in die ambitie te willen dwarsbomen". Anders gelezen, voor de haan drie keer
kraait zullen er nog veel bochten genomen worden.
Ewald Pironet in Knack online: "De regering onder leiding van Elio Di Rupo (PS) is de ploeg van de gemiste
kansen. Dat is de conclusie van twee begrotingsexperts, Wim Moesen (KU Leuven)
en Herman Matthijs (UGent en VUB). Op verzoek van Knack onderzochten ze de meer
dan 400 begrotingsmaatregelen van de huidige regering. Ze concluderen dat de
regering-Di Rupo, in tegenstelling tot wat de oppositie bijna dagelijks
beweert, niet zozeer een belastingregering is maar wel de regering van de
eenmalige maatregelen. Dat is nog erger, want het knip- en plakwerk dat Di Rupo
presenteerde als begrotingen heeft ons niet op het pad gezet van de structurele
gezondmaking van onze overheidsfinanciën. Het budgettaire lijk wordt nu weer
over de verkiezingen van mei 2014 getild. De volgende regering mag het
oplossen, samen met de verantwoordelijken bij de regionale en lokale besturen,
die met de staatshervorming een deel van de budgettaire miserie doorgespeeld
kregen.
In zijn boekje Domheid voor beginners - een
stoomcursus onderscheidt Matthijs van Boxsel drie tijdperken van de
domheid. Allereerst is er de klassieke domheid, gekenmerkt door fundamentele
naïviteit: 'Heer, vergeef hen, want ze weten niet wat ze doen.' Dan is er de
moderne domheid: 'Heer, zij weten niet wat ze doen, en dat is maar goed ook.'
Nu zitten we volgens Van Boxsel met postmoderne domheid: 'Heer, ze weten wat ze
doen, maar doen het toch.' Dat is de domheid van de federale regeringen van ons
land: sinds 2000 weten ze welke gigantische uitdagingen ons met de vergrijzing
te wachten staan - zeker in het licht van onze precaire overheidsfinanciën. En
toch hebben ze gehandeld alsof er niets aan de hand is. Zo veel domheid is
onvergeeflijk".
Jan Jambon in dS online: “De lokale besturen kregen deze week
een brief van de FOD Financiën met de raming van de gemeentelijke opcentiemen
op de personenbelasting. Die belasting wordt geïnd door de federale regering,
die het deel van de gemeente daarna doorstort. De federale regering laat nu aan
de lokale besturen weten een pak minder geld door te storten. Het tegoed zal
pas in 2014 aan de gemeenten worden toegekend. Op die manier gebruikt de
federale regering een zoveelste eenmalige maatregel om haar begroting recht te
trekken”.
DS ieder zijn
waarheid
Bart Brinckman in zijn commentaar (02/11; vakantieweek): “De
door Siegfried Bracke geopende discussie is beslecht. Het confederaal project
weegt zwaarder dan een sociaal-economisch herstelprogramma voor België. Daarbij
loopt de partij een dubbel risico. De Vlaamse liberalen maken van de aanpak van
de crisis wel een topprioriteit, een bekommernis die ook de werkgevers steeds
meer delen”. Anders gelezen, een
mooie suggestie om voor Open VLD te stemmen. Volgens Brinckman is dat de rol van een
journalist.
Marc Hooge in dezelfde editie, in de rubriek opinie: “De typische
Vlaams-nationalist is teleurgesteld omdat de staatshervorming helemaal geen
doel op zich meer is in de tekst, maar enkel een middel om het uiteindelijke
doel, namelijk een rechts economisch beleid, mogelijk te maken. Waar moet de
oprechte flamingant dan naartoe, die veel meer autonomie voor Vlaanderen wil,
maar die tegelijk de indexering van de lonen wil behouden? De N-VA breekt
radicaal met de traditie van de godsvrede binnen de Vlaamse Beweging. Al in
1919 stelde de Frontpartij immers dat de Vlamingen een ‘godsvrede’ moesten
sluiten: alle ideologische twisten moesten opzij gezet worden om samen te streven
naar Vlaamse ontvoogding. De N-VA breekt nu met die erfenis van de
Frontbeweging door ondubbelzinnig te kiezen voor een rechts economisch
programma. Sociaal bewogen, of linkse flaminganten – ja, die bestaan ook –
blijven daardoor verweesd achter”. Anders gelezen, blijft de vraag hoe rechts
N-VA is en hoe sociaal de sp.a eenmaal de verkiezingen zullen voorbij zijn en
de facturen moeten betaald worden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten