09 juni 2009

Geef Vlaanderen die 628.564 stemmen terug!

“De kiezer heeft altijd gelijk”, met deze woorden reageerde Verhofstadt op de verkiezingsuitslag. Deze vaststelling is echter enkel relevant als men ook rekening houdt met de resultaten. Dat zal niet noodzakelijk zo zijn en de cijfers zijn ook niet zo eenduidig als de politici in de media ons willen doen geloven. Eens Anders bekijken?

Uit de stemresultaten blijken de winnaars en de verliezers, ten minste wanneer men de resultaten vergelijkt met deze van 2004. In werkelijkheid zijn deze cijfers niet relevant eenmaal de verkiezingen voorbij zijn. Wat telt vanaf DAG EEN NA de verkiezingen is de machtsverhouding in het parlement. Immers, daar en alleen daar worden decreten gestemd, voorstellen afgeschoten en krijgt de regering gelijk of ongelijk. Niet de kiezer heeft dan gelijk maar de meerderheid. Dit wordt trouwens ‘ten overvloede’ geïllustreerd door de meerwaarden die elke zetel genereert voor de politieke partijen; meer parlementairen = meer ondersteunend personeel = meer kennis = meer politieke mogelijkheden. Met deze redenering ga ik voorbij aan de particratie, maar laten we het nu eens niet daarover hebben.

De zetelresultaten, CD&V 31 zetels, Vlaams Belang 21, Open VLD 21, SP.A 19, N-VA 16, LDD 8, Groen! 7 en UF 1 zetel, zijn de énige graadmeters van de macht. Zelfs dat is relatief want de oppositie verliest eigenlijk alle macht, tenzij deze van een zoemende wesp die wel eens een steek mag geven maar voor de rest behoort tot het decor.

Wie uit deze cijfers conclusies trekt, kan niet anders dan vaststellen dat een klassieke tripartite de drie grootste partijen zijn, rekening houdend met het cordon sanitair rond het VB. Het cordon sanitair vertekent zeer diepgaand de werkelijke machtsverhoudingen ten aanzien van bepaalde thema’s waaronder de institutionele organisatie. Wat het cordon sanitair echter vooral veroorzaakt is een democratische ongelijkheid. Discriminatie waarvan het Grondwettelijk Hof wellicht zou moeten vaststellen dat het oneerlijk is. Pas wanneer die 628.564 stemmen wél toegang krijgen tot de machtsuitoefening, desnoods via andere partijen zullen de kansen voor een zelfstandig Vlaanderen niet langer verloren gaan. Het zou daarom eerlijker zijn mocht men het Vlaams Belang, wiens bestaansrecht men weigert om te zetten in politieke macht (tégen de stemuitslag in), niet langer in een cordon sanitair opsluiten, maar gewoon de toegang tot het parlement weigeren. Mochten de VB voormannen écht van hun “Vlaams Vaderland” houden hadden ze al lang andere wegen ingeslagen.

Geef Vlaanderen die 628.564 stemmen terug!

Met dit gegeven in het achterhoofd dan toch maar terug naar de werkelijkheid van vandaag. In LLB wordt CD&V voorgesteld als de partij die in Vlaanderen alle touwtjes in handen heeft. Ze zijn blijkbaar al vergeten dat Leterme ook alle touwtjes in handen had in 2007. In werkelijkheid kan Kris Peeters GEEN KANT op zolang de federale impasse blijft bestaan. Wat Peeters en de nieuwe regering wel kan is een nieuw beleid ontwikkelen met daarin een staatshervorming die zorgt voor een meerwaarde voor Vlaanderen. Want,

De énige vraag die er vandaag toe doet is: Waar willen we naartoe?

In een poging om hierop te antwoorden wil ik toch een opmerkelijk e-interview met Herman Van Rompuy en Bart De Wever vermelden die ik hen afnam eind 2008:

Mijn vraag op 7 dec 2008: Kan u beiden bevestigen dat beide kartelpartners zich niet tegen mekaar hebben gekeerd in de loop van de onderhandelingen door toegevingen te aanvaarden die het verschillend einddoel niet meer respecteerden?

Reactie H Van Rompuy: “Natuurlijk moeten er ‘toegevingen’ gedaan worden zoniet is er geen akkoord. Op geen enkel domein van de samenleving. Er zijn grenzen aan het compromis natuurlijk. De domeinen die u opsomt (ik citeerde volgende domeinen: een paritair samengestelde senaat, een federale kieskring met gegarandeerde plaatsen per gemeenschap, een prijs betalen voor de splitsing van BHV, de Franstaligen in de Rand bijkomende garanties geven, het herfederaliseren van bepaalde diensten ) behoren daar grotendeels toe. Daarnaast waren er wel mogelijkheden in een stap-voor-stap benadering. Jammer van de gemiste kansen voor Vlaanderen en voor het land”.

Reactie Bart De Wever: ‘Ja dit is zo. Met die nuance dat CD&V tijdens de onderhandelingen wel meer bereid was om te concluderen op een document dat voor N-VA onvoldoende garanties inhield’.

In tegenstelling met de vele berichten in de media blijkt uit deze openhartige reacties dat het kartel niet had moeten springen. Niet het inhoudelijke, het einddoel op zich, vormde een struikelsteen maar de snelheid waarmee men resultaat wilde boeken. Is dat vandaag anders? Wellicht wel, want ook voor CD&V dreigt verlies aan geloofwaardigheid, zeker als men zich niet meer kan verschuilen achter een crisis. Zoals Yves Leterme op Canvas zei: "de mensen worden ongedurig en dat verklaart onder meer waarom N-VA een goed resultaat haalde".

Vanuit het buikgevoel van de kiezers blijkt inderdaad dat men N-VA erbij wil. Alleen is dat een vergiftigd geschenk als het ook niet leidt tot meer Vlaanderen en vooral niet uit het oog te verliezen: zonder toegevingen die het einddoel, een onafhankelijk Vlaanderen, verderaf brengt. Vooral over dat laatste zullen de discussies scherp en hard zijn. Daarin kan Bart De Wever niet toegeven.
Anderzijds zou het sneu zijn mocht er een staatshervorming komen met enkel de drie traditionele partijen, zonder een inbreng van N-VA. Met andere woorden, Bart De Wever zit niet in een zeer sterke positie.

Is dat niet precies waar we stonden op 15 juni 2007?

Pjotr

Geen opmerkingen: