ANDERS GELEZEN
Wie wil weten hoe een krant op objectieve en neutrale wijze toch kant kiest, moet kijken naar de experts die ze aan het woord laat. Tom Naegels (dS 03/04)
In La Libre Belgique en De Standaard klinkt de boodschap unisono: de Vlamingen zijn overgeleverd aan de welwillendheid van de Franstaligen voor de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde.
In LLB is het argument dat elke wet die door de Koning moet ondertekend worden vooraf de goedkeuring moet krijgen van de regering (de handtekening van één minister) en dus kunnen de Franstalige ministers dat weigeren. Zo simpel lijkt het en vanuit hun invalshoek én alle belgicisten verdedigbaar.
In dS (13 en 14/04) doet men niet meer moeite en laten ze professor Van Orshoven (KUL) hetzelfde verhaal bevestigen. Daarenboven wordt volgens dS het probleem na een stemming nog groter, want dan valt de regering en zijn de volgende verkiezingen ongrondwettelijk (hoewel ook dat volgens sommige juristen niet klopt).
PAUL VAN ORSHOVEN (dezelfde als in dS) spreekt in Knack heel andere taal : “De rechtstreekse verkiezing van de faciliteitenburgemeesters zou betekenen dat Vlaanderen de bevoegdheid om zelf die burgemeesters te benoemen opnieuw kwijtspeelt. Waarom gaat men er altijd van uit dat de splitsing van B-H-V gepaard moet gaan met zulke Vlaamse toegevingen? (…) Je zou ook kunnen redeneren dat de grote Vlaamse toegeving aan de Franstaligen erin bestaat dat het status-quo op sociaaleconomisch vlak nog enige tijd wordt gehandhaafd”. (…) “Over de overheveling van de faciliteitengemeenten naar het federale niveau: Vroeger werden de Franstaligen in de faciliteitengemeenten na één verzoek voor de rest van hun leven door de gemeente in het Frans geholpen. Eind jaren 1990 is de Vlaamse regering voor het eerst echt gaan nadenken over de draagwijdte van de faciliteiten. De faciliteitengemeenten in de Rand maken deel uit van het Nederlandstalig taalgebied, waar het Nederlands de enige officiële taal is. Dus mag je veronderstellen dat Franstalige inwoners van die gemeenten na verloop van tijd voldoende Nederlands kennen en niet langer, of niet langer in alle gevallen, een beroep op faciliteiten zullen doen. De Raad van State heeft intussen al vier keer de juistheid van die interpretatie bevestigd. Maar als ze de Vlaamse regering zo gek krijgen dat die de rondzendbrief-Peeters prijsgeeft _ be my guest”.
Eén bedenking: hoe zou het komen dat Van Orshoven in Knack Vlaamsgezinde standpunten kan publiceren die men niet kan/mag lezen in dS? Is het toeval dat hij en anderen in dS slechts één (belgicistische) visie ondersteunen?
Maar laten we zelf proberen om een genuanceerd beeld op te hangen dat het niveau van de kwaliteitskranten overstijgt. Zou dat lukken?
Kan men BHV splitsen via een stemming in het parlement?
Antwoord: Neen volgens de belgicisten, ja volgens de Vlaamsgezinden.
De argumentatie van de belgicisten las u in dS en LS.
De redenering van de Vlaamsgezinden: Het probleem BHV gaat over een kieswetgeving die niet conform de grondwet is. Vermits in een parlementaire democratie, de wetgeving een bevoegdheid is van het parlement, is een stemming zowel vanuit legaal als democratisch oogpunt volkomen correct en verdedigbaar. Het is overigens niet bewezen dat de Franstaligen de regering zullen doen vallen, want nooit geprobeerd. Hun zenuwachtigheid omwille van de mogelijkheid dat zij de regering doen vallen en zo de doodgravers van België worden, neemt met de dag toe. Zelfs Brussel overweegt nu om een belangenconflict in te roepen.
Twee verdedigbare stellingen maar elk met een redeneringsfout:
De Belgische visie gaat ervan uit dat in een parlementaire democratie de scheiding der Machten (wetgevende en uitvoerende) geen voldoende argument is en de uitvoerende macht de wetgevende mag domineren/negeren in het belang van het land.
De Vlaamsgezinde visie gaat er, ten onrechte, van uit dat België een parlementaire democratie is waar de meerderheid (conform de vigerende wetgeving) beslist en de scheiding der Machten wel wordt gerespecteerd.
Hoe men de parlementaire democratie kan redden?
Door de wetten te laten ondertekenen door de voorzitter van het parlement & senaat en NIET meer door de regering die zich beperkt tot de uitvoering van de wetten. Of de Koning daar ook nog zijn handtekening moet onder plaatsen is een andere discussie.
Niet enkel de taalgrens, ook de grenzen van de democratie zijn in België een communautair twistpunt.
Pjotr
ANDERS GELEZEN verschijnt wekelijks op maandag/dinsdag of als het nodig is.
15 april 2010
11 april 2010
Een stichtelijk verhaal
ANDERS GELEZEN
Nooit eerder meegemaakt dat een priester de parabel van de verloren zoon als referentie gebruikt voor een zeer opmerkelijke homilie.
Wij kennen allemaal het oude verhaal van een vader met zijn twee zonen. De ene doet al het werk terwijl de andere alles verbrast op zijn avontuurlijke tocht. Tot hij die het leven van een flierefluiter leeft naar huis moet omdat de centen op zijn. Komt het besef hoezeer hij verkeerd handelde. Hij wil terug al was het maar om de varkens te hoeden, want zelfs dan is hij nog beter af. De vader verwelkomt de verloren zoon met een rijkelijke maaltijd. Maar de oudste zoon is woedend: waarom krijgt hij het lekkerste eten terwijl hij niets heeft gedaan en ik elke dag werk en nooit uw geboden heb overtreden? Kwaad loopt hij buiten en weigert te spreken met zijn broer. De vader gaat hem achterna en vraagt: kom binnen, ga aan tafel zitten en spreek met je broer.
Na een vergelijking met twee voetbalclubs – Anderlecht en Standaard – die ook ruzie maken confronteert hij de vrome zusterkes en bewoners van het rust- en verzorgingstehuis op de situatie binnen de katholieke kerk, waar eveneens twee clubs al dertig jaar het leven verzuren.
Club nummer 1 werd gesticht in 1963 tijdens het tweede Vatikaans concilie door de Duitse jezuïet Karl Rahner, de Vlaamse dominicaan Edward Schillebeeckx, de Zwitserse priester Hans Küng. Een zekere Joseph Ratzinger is er eveneens bij. Zij geven een tijdschrift uit in meerdere talen met als naam CONSILIUM. Alleen in het Pools mag het niet verschijnen … Deze club ziet de kerk als het volk van God, als pelgrims op weg naar Gods Koninkrijk. Zij gooien de ramen open want er moet frisse lucht binnen komen. Hun denken is gericht naar buiten. Zij hebben een boontje voor de bevrijding in Zuid Amerika: zet u in voor de triestige situatie van de armen in Latijns-Amerika. Zet u in om de tweederangsrol van de vrouw weg te werken. Kom op straat en demonstreer tegen de oorlog in Vietnam. Tegen raketten met atoomwapens, tegen racisme.
Club nummer 2 werd gesticht in 1974. De kapitein is de gewezen jezuïet Hans Urs von Balthasar uit Zwitserland. Onder de basisspelers zijn er de Franse dominicaan Henri de Lubai en Joseph Ratzinger; alletwee zijn ze overgekomen van de andere club. Hun tijdschrift heet COMMUNIO. De katholieken van deze clan beschouwen zichzelf als leden van een instituut. Zij vormen een gemeenschap van gelovigen. Het belangrijkste van hun kerk is het innerlijk leven. Deze kerk moet zich niet aanpassen aan de wereld, zoniet zal ze verdwijnen. In het hart van hun kerk staat het KRUIS. Dat moeten wij openlijk, eerbiedig en dankbaar aanbidden.
Sinds de vete tussen beide kerkelijke clubs wordt de macht niet meer gedeeld. Wie aan de macht is deelt gele en rode kaarten uit aan diegenen die hen niet volgen. De postjes worden verdeeld onder de eigen aanhangers. André Mutien Léonard is zo’n aanhanger van de club aan de macht en wordt aartsbisschop van Mechelen en Brussel. Opmerkelijk toch dat precies deze conservatieve bisschop als éérste aartsbisschop eerlijk én openlijk durft te zeggen dat de Kerk (ook in België) inzake kindermisbruik in de fout ging. Dat mensen die waarden verdedigen eveneens met een open geest onder de mensen leven. Maar toch, twee clubs die ruzie maken. Elk zijn club en zijn eigen mening waar alleen gelijkgezinden welkom zijn.
Op 30 maart bij Phara op Canvas kwam een Nederlandse bioloog vertellen dat net de verscheidenheid der soorten de grootste kracht is van het leven bij de dieren. De pluriformiteit is de voornaamste garantie voor de toekomst, zei hij.
Misschien moeten ze in het Vatikaan of waar dan ook waar mensen tijdelijk enige macht hebben wat meer aan de uitspraak van deze bioloog denken én aan de parabel van de verloren zoon. In alle verscheidenheid samen aan tafel blijven zitten in plaats van enkel gelijkgezinden die hun eigen gelijk willen opdringen aan hun tafelgenoten. In naam van de verdraagzaamheid.
Pjotr
ANDERS GELEZEN verschijnt wekelijks op maandag/dinsdag
Nooit eerder meegemaakt dat een priester de parabel van de verloren zoon als referentie gebruikt voor een zeer opmerkelijke homilie.
Wij kennen allemaal het oude verhaal van een vader met zijn twee zonen. De ene doet al het werk terwijl de andere alles verbrast op zijn avontuurlijke tocht. Tot hij die het leven van een flierefluiter leeft naar huis moet omdat de centen op zijn. Komt het besef hoezeer hij verkeerd handelde. Hij wil terug al was het maar om de varkens te hoeden, want zelfs dan is hij nog beter af. De vader verwelkomt de verloren zoon met een rijkelijke maaltijd. Maar de oudste zoon is woedend: waarom krijgt hij het lekkerste eten terwijl hij niets heeft gedaan en ik elke dag werk en nooit uw geboden heb overtreden? Kwaad loopt hij buiten en weigert te spreken met zijn broer. De vader gaat hem achterna en vraagt: kom binnen, ga aan tafel zitten en spreek met je broer.
Na een vergelijking met twee voetbalclubs – Anderlecht en Standaard – die ook ruzie maken confronteert hij de vrome zusterkes en bewoners van het rust- en verzorgingstehuis op de situatie binnen de katholieke kerk, waar eveneens twee clubs al dertig jaar het leven verzuren.
Club nummer 1 werd gesticht in 1963 tijdens het tweede Vatikaans concilie door de Duitse jezuïet Karl Rahner, de Vlaamse dominicaan Edward Schillebeeckx, de Zwitserse priester Hans Küng. Een zekere Joseph Ratzinger is er eveneens bij. Zij geven een tijdschrift uit in meerdere talen met als naam CONSILIUM. Alleen in het Pools mag het niet verschijnen … Deze club ziet de kerk als het volk van God, als pelgrims op weg naar Gods Koninkrijk. Zij gooien de ramen open want er moet frisse lucht binnen komen. Hun denken is gericht naar buiten. Zij hebben een boontje voor de bevrijding in Zuid Amerika: zet u in voor de triestige situatie van de armen in Latijns-Amerika. Zet u in om de tweederangsrol van de vrouw weg te werken. Kom op straat en demonstreer tegen de oorlog in Vietnam. Tegen raketten met atoomwapens, tegen racisme.
Club nummer 2 werd gesticht in 1974. De kapitein is de gewezen jezuïet Hans Urs von Balthasar uit Zwitserland. Onder de basisspelers zijn er de Franse dominicaan Henri de Lubai en Joseph Ratzinger; alletwee zijn ze overgekomen van de andere club. Hun tijdschrift heet COMMUNIO. De katholieken van deze clan beschouwen zichzelf als leden van een instituut. Zij vormen een gemeenschap van gelovigen. Het belangrijkste van hun kerk is het innerlijk leven. Deze kerk moet zich niet aanpassen aan de wereld, zoniet zal ze verdwijnen. In het hart van hun kerk staat het KRUIS. Dat moeten wij openlijk, eerbiedig en dankbaar aanbidden.
Sinds de vete tussen beide kerkelijke clubs wordt de macht niet meer gedeeld. Wie aan de macht is deelt gele en rode kaarten uit aan diegenen die hen niet volgen. De postjes worden verdeeld onder de eigen aanhangers. André Mutien Léonard is zo’n aanhanger van de club aan de macht en wordt aartsbisschop van Mechelen en Brussel. Opmerkelijk toch dat precies deze conservatieve bisschop als éérste aartsbisschop eerlijk én openlijk durft te zeggen dat de Kerk (ook in België) inzake kindermisbruik in de fout ging. Dat mensen die waarden verdedigen eveneens met een open geest onder de mensen leven. Maar toch, twee clubs die ruzie maken. Elk zijn club en zijn eigen mening waar alleen gelijkgezinden welkom zijn.
Op 30 maart bij Phara op Canvas kwam een Nederlandse bioloog vertellen dat net de verscheidenheid der soorten de grootste kracht is van het leven bij de dieren. De pluriformiteit is de voornaamste garantie voor de toekomst, zei hij.
Misschien moeten ze in het Vatikaan of waar dan ook waar mensen tijdelijk enige macht hebben wat meer aan de uitspraak van deze bioloog denken én aan de parabel van de verloren zoon. In alle verscheidenheid samen aan tafel blijven zitten in plaats van enkel gelijkgezinden die hun eigen gelijk willen opdringen aan hun tafelgenoten. In naam van de verdraagzaamheid.
Pjotr
ANDERS GELEZEN verschijnt wekelijks op maandag/dinsdag
02 april 2010
De olieprijs is gestegen
ANDERS GELEZEN
Het was opnieuw feest voor al wie houdt van straffe uitspraken en dito beslissingen.
De Vlaamse regering besliste dat er een tunnel komt in plaats van De Lange Wapper brug. Maar of dat ook zo is zullen we pas weten in de (zomer) komkommertijd en dan is het makkelijker om een of andere beslissing te beslissen. Er zijn een paar voorwaarden maar er komt geen studie dus zullen ze wel niet zo belangrijk zijn. Als er maar een oplossing is, zegt Bart De Wever en Kris Peeters is niet getrouwd met een tunnel of een brug. Beslist een tunnel, maar elkeen heeft recht op wat tijd om de ondergrondse bocht te nemen.
De bevoegde Vlaamse minister Bourgeois besliste dat de drie recalcitrante burgemeesters uit de Rand niet benoemd worden. Pataat!
Tegenover deze Vlaamse dadendrang is er de aankondigingspolitiek van de federale regering: dS bloklettert op de voorpagina (1/04) dat er eindelijk een akkoord is over de hervorming van Justitie. Het is geen historisch akkoord. Daarvoor is het teveel afgezwakt.
Guy Tegenbos doet er nog een schepje bovenop: de vijf regeringspartijen raakten het eens over een afgeslankte versie van zijn justitiehervorming. Waw! De titel van zijn commentaar: ‘Vijf op een rij uit schaamte’.
De beslissing van Bourgeois zorgt voor een virulente reactie van Mangain. Waarop we twee moedige standpunten noteerden: dat van premier Yves Leterme en dat van Didier Reynders (MR). De eerste vindt dat ze alle twee – Bourgeois én Mangain – in de fout gingen en de tweede vindt dat alleen Bourgeois in de fout ging. De rest, brave gematigde Vlamingen staken even hun kop uit het venster en zo zeiden ze, ‘vonden het erg wat Mangain zei’ waarna ze snel weer verdwenen in hun wereld van communaautaire onmacht. Zowel Leterme als Reynders zijn tenminste zo eerlijk om de waarheid te zeggen: dat het allemaal draait om aan de macht blijven; voor de ene is zijn postje houden belangrijk voor de mensen en voor de andere zijn de stemmen van het FDF belangrijker dan het samenwerkingsfederalisme.
In Oostenrijk zijn er ongeveer 200 (zwarte) generaals bij het leger en evenveel (rode) directeurs-generaal bij de politie en de veiligheidsdiensten. Het resultaat van een particratie die de postjes verdeelt op basis van een afgewogen ‘Proporz’regeling tussen socialisten en christendemocraten sinds 1955 (tot Haider erbij kwam in 2000). Inclusief de verplichte partijkaart. Zo ontstond een nomenclatura. Voeg daarbij een verticale structuur en er ontstaat geheid een corporatistisch waterhoofd. Dat is precies wat er aan de hand is met Justitie in ons landje. Te veel centralisatie (kleurpotloden en WC papier bestellen in Brussel), te veel baronieën zonder organisatorische autonomie noch verantwoordelijkheid. Ik herinner mij de militaire erehaag aan de kathedraal in Antwerpen op 15 november en de eindeloze sliert met in grote dienstwagens aangevoerde magistraten in plechtig middeleeuws ornaat. Bijna vergeten, er is ook de slechte wetgeving, denk maar aan BHV.
Het principe – van de hervorming - is beslist, staat zwart op wit in de krant (dS 1/04), er komen 16 in plaats van 27 gerechtelijke arrondissementen. De Clerck heeft een concreet voorstel van schaalvergroting uitgetekend, maar hierover bestaat klaarblijkelijk nog geen akkoord tussen de meerderheidspartijen. ‘Vertrekkende van het voorstel van de minister gebeurt er nog een finaal overleg over de definitieve verdeling’, staat in de mededeling van de minister. (…) De hervorming zal zich sowieso over ettelijke jaren, zelfs een decennium uitstrekken. Wat zal daar ooit van komen? In elk geval is de splitsing van het gerechtelijk arrondissement BHV niet beslist. Mogen verder ook nog hun goesting doen: de vrederechters, dank zij Open VLD en de rechters van de arbeidsrechtbanken, dank zij de PS. De aangekondigde eenheidsrechtbank komt er evenmin.
Men zou zo denken dat er nogal wat stof was om de opiniebladzijden te vullen met scherpe pennen. Het onvermogen van de federale regering wordt zo stilaan surrealistisch. Fout! Niet in dS waar zowel Marc Reynebeau, Dave Sinardet als Rik Torfs elk op hun manier olie op de golven gieten. Voor Sinardet is Mangain ver over de schreef gegaan maar het zijn ‘tactische uitspraken’. Het is maar een politiek spelletje, dus mensen niet teveel belang aan hechten – waar hij wel een groot artikel over pleegt. En Bourgeois is ook fout natuurlijk. FDF en N-VA zijn natuurlijke partners tegen een onderhandelde oplossing voor BHV. Wat Sinardet daarbij vergeet? Dat N-VA de Grondwet aan zijn zijde heeft en Mangain enkel Reynders. Of toch niet, er zijn vooral de honderdduizend Franstaligen die niet in Vlaanderen willen leven, enkel wonen. Wat belgicisten niet graag horen en dus vergaten te melden is het dreigement van Mangain in LLB: Nous allons sensibiliser l’opinion publique internationale et européenne. Is dat het resultaat van een goed functionerend land, als ‘landgenoten’ zich bedreigd voelen (in hun superioriteit) en zich wenden tot internationale instanties? Wanneer zal Sinardet & Co erkennen dat België een parlementaire democratie is. Of toch voldoende democratie om de grondwet en een volkomen legaal politiek besluitvormingsproces te respecteren.
Reynebeau houdt het iets korter: Mangain zijn vergelijking met de Duitse bezetting is het bewijs van zijn gebrek aan argumenten. Reductio ad hitlerum, schrijft hij. Ik herinner mij een opiniemaker/columnist (dS 18/09/2007) die eveneens bij gebrek aan voldoende argumenten over de schreef ging. Toen sprak hij van een Fehlleistung, de Freudiaanse verspreking, één van de vier kanalen waarlangs volgens doctor Freud het onderbewuste te betrappen is. De zondaars: N-VA politici. Reductio ad freudum, of zoiets? Of wat te zeggen van belgicist Decroo die het vroeger al had over zwakzinnigen wegens andersdenkend. Welke deugdelijke argumenten hebben de verdedigers van DIT geldverslindend Belgisch politiek systeem nog wel, behalve massa’s olie om op de golven te gieten?
En zeggen dat de olieprijs opnieuw gestegen is.
Pjotr
ANDERS GELEZEN verschijnt wekelijks op maandag/dinsdag
Het was opnieuw feest voor al wie houdt van straffe uitspraken en dito beslissingen.
De Vlaamse regering besliste dat er een tunnel komt in plaats van De Lange Wapper brug. Maar of dat ook zo is zullen we pas weten in de (zomer) komkommertijd en dan is het makkelijker om een of andere beslissing te beslissen. Er zijn een paar voorwaarden maar er komt geen studie dus zullen ze wel niet zo belangrijk zijn. Als er maar een oplossing is, zegt Bart De Wever en Kris Peeters is niet getrouwd met een tunnel of een brug. Beslist een tunnel, maar elkeen heeft recht op wat tijd om de ondergrondse bocht te nemen.
De bevoegde Vlaamse minister Bourgeois besliste dat de drie recalcitrante burgemeesters uit de Rand niet benoemd worden. Pataat!
Tegenover deze Vlaamse dadendrang is er de aankondigingspolitiek van de federale regering: dS bloklettert op de voorpagina (1/04) dat er eindelijk een akkoord is over de hervorming van Justitie. Het is geen historisch akkoord. Daarvoor is het teveel afgezwakt.
Guy Tegenbos doet er nog een schepje bovenop: de vijf regeringspartijen raakten het eens over een afgeslankte versie van zijn justitiehervorming. Waw! De titel van zijn commentaar: ‘Vijf op een rij uit schaamte’.
De beslissing van Bourgeois zorgt voor een virulente reactie van Mangain. Waarop we twee moedige standpunten noteerden: dat van premier Yves Leterme en dat van Didier Reynders (MR). De eerste vindt dat ze alle twee – Bourgeois én Mangain – in de fout gingen en de tweede vindt dat alleen Bourgeois in de fout ging. De rest, brave gematigde Vlamingen staken even hun kop uit het venster en zo zeiden ze, ‘vonden het erg wat Mangain zei’ waarna ze snel weer verdwenen in hun wereld van communaautaire onmacht. Zowel Leterme als Reynders zijn tenminste zo eerlijk om de waarheid te zeggen: dat het allemaal draait om aan de macht blijven; voor de ene is zijn postje houden belangrijk voor de mensen en voor de andere zijn de stemmen van het FDF belangrijker dan het samenwerkingsfederalisme.
In Oostenrijk zijn er ongeveer 200 (zwarte) generaals bij het leger en evenveel (rode) directeurs-generaal bij de politie en de veiligheidsdiensten. Het resultaat van een particratie die de postjes verdeelt op basis van een afgewogen ‘Proporz’regeling tussen socialisten en christendemocraten sinds 1955 (tot Haider erbij kwam in 2000). Inclusief de verplichte partijkaart. Zo ontstond een nomenclatura. Voeg daarbij een verticale structuur en er ontstaat geheid een corporatistisch waterhoofd. Dat is precies wat er aan de hand is met Justitie in ons landje. Te veel centralisatie (kleurpotloden en WC papier bestellen in Brussel), te veel baronieën zonder organisatorische autonomie noch verantwoordelijkheid. Ik herinner mij de militaire erehaag aan de kathedraal in Antwerpen op 15 november en de eindeloze sliert met in grote dienstwagens aangevoerde magistraten in plechtig middeleeuws ornaat. Bijna vergeten, er is ook de slechte wetgeving, denk maar aan BHV.
Het principe – van de hervorming - is beslist, staat zwart op wit in de krant (dS 1/04), er komen 16 in plaats van 27 gerechtelijke arrondissementen. De Clerck heeft een concreet voorstel van schaalvergroting uitgetekend, maar hierover bestaat klaarblijkelijk nog geen akkoord tussen de meerderheidspartijen. ‘Vertrekkende van het voorstel van de minister gebeurt er nog een finaal overleg over de definitieve verdeling’, staat in de mededeling van de minister. (…) De hervorming zal zich sowieso over ettelijke jaren, zelfs een decennium uitstrekken. Wat zal daar ooit van komen? In elk geval is de splitsing van het gerechtelijk arrondissement BHV niet beslist. Mogen verder ook nog hun goesting doen: de vrederechters, dank zij Open VLD en de rechters van de arbeidsrechtbanken, dank zij de PS. De aangekondigde eenheidsrechtbank komt er evenmin.
Men zou zo denken dat er nogal wat stof was om de opiniebladzijden te vullen met scherpe pennen. Het onvermogen van de federale regering wordt zo stilaan surrealistisch. Fout! Niet in dS waar zowel Marc Reynebeau, Dave Sinardet als Rik Torfs elk op hun manier olie op de golven gieten. Voor Sinardet is Mangain ver over de schreef gegaan maar het zijn ‘tactische uitspraken’. Het is maar een politiek spelletje, dus mensen niet teveel belang aan hechten – waar hij wel een groot artikel over pleegt. En Bourgeois is ook fout natuurlijk. FDF en N-VA zijn natuurlijke partners tegen een onderhandelde oplossing voor BHV. Wat Sinardet daarbij vergeet? Dat N-VA de Grondwet aan zijn zijde heeft en Mangain enkel Reynders. Of toch niet, er zijn vooral de honderdduizend Franstaligen die niet in Vlaanderen willen leven, enkel wonen. Wat belgicisten niet graag horen en dus vergaten te melden is het dreigement van Mangain in LLB: Nous allons sensibiliser l’opinion publique internationale et européenne. Is dat het resultaat van een goed functionerend land, als ‘landgenoten’ zich bedreigd voelen (in hun superioriteit) en zich wenden tot internationale instanties? Wanneer zal Sinardet & Co erkennen dat België een parlementaire democratie is. Of toch voldoende democratie om de grondwet en een volkomen legaal politiek besluitvormingsproces te respecteren.
Reynebeau houdt het iets korter: Mangain zijn vergelijking met de Duitse bezetting is het bewijs van zijn gebrek aan argumenten. Reductio ad hitlerum, schrijft hij. Ik herinner mij een opiniemaker/columnist (dS 18/09/2007) die eveneens bij gebrek aan voldoende argumenten over de schreef ging. Toen sprak hij van een Fehlleistung, de Freudiaanse verspreking, één van de vier kanalen waarlangs volgens doctor Freud het onderbewuste te betrappen is. De zondaars: N-VA politici. Reductio ad freudum, of zoiets? Of wat te zeggen van belgicist Decroo die het vroeger al had over zwakzinnigen wegens andersdenkend. Welke deugdelijke argumenten hebben de verdedigers van DIT geldverslindend Belgisch politiek systeem nog wel, behalve massa’s olie om op de golven te gieten?
En zeggen dat de olieprijs opnieuw gestegen is.
Pjotr
ANDERS GELEZEN verschijnt wekelijks op maandag/dinsdag
27 maart 2010
Vlaamse en Waalse bruggenbouwers
ANDERS GELEZEN
Vroeg of laat zal iemand rechtstaan en vragen: waarover gaat het eigenlijk?
Peter Vandermeersch schreef op 2 januari 2003 in dS, ‘De Standaard, zo geloven we, moet zich niet onderscheiden door ideologische of politieke voorkeuren. Wél door de juiste, genuanceerde en gecontroleerde weergave van de feiten. Door gedegen duiding en scherpe analyse’. Voorwaar een hele opgave waar dS helaas niet in slaagt. Vooral niet wanneer het gaat over belangrijke maatschappelijke onderwerpen, zoals de multiculturele problemen, de communautaire dossiers zoals BHV en de diverse initiatieven om de ontnederlandsing van Vlaanderen tegen te gaan.
Waar de krant evenmin in slaagt ‘Door de kolommen van de opiniepagina open te stellen voor de meest verscheiden en uiteenlopende meningen. Door dwarse en kritische commentaren’. Het overwegend aanbod van belgicistische, soms anti-Vlaamse stemmen met daarop reacties die zich beperken tot reageren op in plaats van zelf een correcte analyse te maken, resulteren in een aantal bladzijden welles nietes bijdragen waarvan de informatieve waarde ondergeschikt is aan de scherpe pen. Tabloïdjournalistiek door BV en BJ (Bekende Journalisten)!
Er is een uitgebreid artikel van Marc Reynebeau (dS 22/03) met een begrijpelijke uitleg over het wonen in eigen streek maar met een ‘teneur’ die aan duidelijkheid niets te wensen overlaat: het is er gekomen onder Vlaams-nationalistische druk, wat zoals wij reeds weten volstaat voor Reynebeau om het af te schieten. Tegelijk geeft hij toe dat deze nieuwe regel géén taalvereiste inhoudt en dus enkel dient om lokale inwoners te beschermen tegen druk van buitenuit. Reden overigens waarom ook burgmeesters van de traditionele partijen – toch geen nationalisten – hieraan meewerken.
Het nieuwe argument in zijn bijdrage is de problematiek van ‘internationale inwijkelingen’ die vanuit de ganse EU gaan wonen in de Rand omdat Brussel duidelijk niet zo aantrekkelijk is. Maar met die ‘buitenlanders’ die hier een periode wonen zijn de problemen niet dezelfde als met de landgenoten. Zij weten dat ze in een Nederlandstalige gemeente wonen en eisen niets, integendeel, ze leren enkele woordjes Nederlands om hun boodschappen te kunnen doen in de buurt en organiseren zich sociaal onder mekaar zoals dat in elke hoofdstad gebeurt waar een grote internationale gemeenschap leeft. De VN hoofdzetels in Wenen, Genève, New York en de EU en NAVO in Brussel. Wat wél verschilt is dat de meeste ambassadeurs de taal kennen van het land, zelfs als dat Kroatië is of Litouwen, maar dat in België nog te veel ambassadeurs het Nederlands onkundig zijn. De Nederlandstalige meerderheid mag best meer op zijn strepen staan in deze zaak.
Wie echter de onweerstaanbare drang voelt om van elke onduidelijkheid en elk incident een zootje te maken, kan altijd terecht in dS en Le Soir, het samenwerkingsverband waar iedereen die ‘past in het maatschappelijk denken van de krant’, een loopje mag nemen met de waarheid en waarbij elke voetnoot of nuancering door de redactie schittert door afwezigheid. De laatste tijd is Lukas Vander Taelen (Groen!) zowat het genie onder de opiniemakers, dat dS inzet om de Vlamingen wegwijs te maken in de problematiek van de Wooncode en het bevorderen van wonen in eigen streek. Waarom die burgemeesters dit willen toepassen? Om het Vlaams karakter ter ondersteuning van het samenleven in hun gemeente te bevorderen. En dat heeft enkel en alles te maken met de ONWIL van de Franstalige landgenoten om zich te integreren door op zijn minst de taal van de streek te spreken. Deze discussie zou nooit bestaan hebben mochten de Franstaligen zich een beetje moeite hebben getroost om het Nederlands te aanvaarden als de gangbare taal, in het gemeentehuis, voor het sociale leven en in de buurtwinkels. Wallonië heeft toch geen probleem met de Vlamingen, waarom wij wel met de Franstaligen?
Peter Vandermeersch klopt zichzelf graag op de borst en schrijft in zijn commentaar op 25/03 over Le Soir en dS: We zijn de kranten die – in verslag, analyse en commentaar – de staatsvorming van dit land hebben helpen bepalen. We zien onszelf als de plaats waar de grote maatschappelijke debatten moeten worden gevoerd. (…) Het zal u misschien verwonderen, maar ook ik vind die Vlaamse wooncode een ‘gaffe'. Het onderdeel ‘wonen in eigen streek' van het Vlaamse grond- en pandendecreet vind ik misplaatst. Ziedaar de redactionele bijdrage van de hoofdredacteur: ‘IK VIND’. Wel wat hij vindt is zijn goed recht maar het hoort wel thuis in de rubriek opinies en niet in een commentaarstuk van een hoofdredacteur. Die VINDT niets, maar zijn commentaar schittert door de feitelijke gegevens en een degelijke argumentatie die resulteert in een beter begrip. Ik zal maar géén voorbeelden geven …
De verontwaardiging van Béatrice Delvaux, hoofdredactrice Le Soir, is groot (dS 26/03, opiniebladzijde). ‘Wij geloven in de vermenging, de communicatie, de dialoog. Wij zijn ervan overtuigd dat het separatisme een blijk zou zijn van een verschrikkelijk menselijk falen, want het zou een mislukking van mensen zijn die te trots, te egoïstisch, te navelstaarderig zijn om manieren te vinden om op een respectvolle manier samen te leven’. Waar ze duidelijk niet in gelooft is de noodzaak om de taal te spreken van de ander. Zijn vermenging in het Frans, communicatie in het Frans en dialoog in het Frans dan het ultiem bewijs van een respectvolle samenleving?
Dan volgt het tweede argument: de mensenrechten van de Franstaligen zijn geschonden. Dat bekrompen Vlaanderen waar men alleen Nederlands wil spreken. Je moet het maar durven als krant van een taalgemeenschap die nergens het Nederlands respectvol behandelt (niet in Brussel ondanks de officiële tweetaligheid; het is aan het verbeteren zegt men al járen) en niet in Wallonië waar sinds de vorige eeuw alle inwijkelingen worden verfranst. Au nom de la liberté, fraternité & égalité, waarvan ééntaligheid de emanatie is, ten minste in Wallonië!
Tenslotte herneemt ze haar argumenten: Ten eerste: 'Het democratische model vereist dat alle leden van een maatschappij volgens dezelfde principes en wetten behandeld worden.' Ten tweede: 'De reactie op de geobsedeerden van de zuiverheid van het bloed, de heiligheid van de grond en de eenheid van het geloof is niet de wet van de vergelding, maar een serene en vastbesloten gehechtheid aan de waarden van gelijkheid, openheid en moderniteit.'
Wie zoveel kwaadheid ziet in de ander, kan niet op een geloofwaardige manier grote waarden verdedigen.
Bruggen bouwen?
Pjotr
ANDERS GELEZEN verschijnt op maandag/dinsdag
Vroeg of laat zal iemand rechtstaan en vragen: waarover gaat het eigenlijk?
Peter Vandermeersch schreef op 2 januari 2003 in dS, ‘De Standaard, zo geloven we, moet zich niet onderscheiden door ideologische of politieke voorkeuren. Wél door de juiste, genuanceerde en gecontroleerde weergave van de feiten. Door gedegen duiding en scherpe analyse’. Voorwaar een hele opgave waar dS helaas niet in slaagt. Vooral niet wanneer het gaat over belangrijke maatschappelijke onderwerpen, zoals de multiculturele problemen, de communautaire dossiers zoals BHV en de diverse initiatieven om de ontnederlandsing van Vlaanderen tegen te gaan.
Waar de krant evenmin in slaagt ‘Door de kolommen van de opiniepagina open te stellen voor de meest verscheiden en uiteenlopende meningen. Door dwarse en kritische commentaren’. Het overwegend aanbod van belgicistische, soms anti-Vlaamse stemmen met daarop reacties die zich beperken tot reageren op in plaats van zelf een correcte analyse te maken, resulteren in een aantal bladzijden welles nietes bijdragen waarvan de informatieve waarde ondergeschikt is aan de scherpe pen. Tabloïdjournalistiek door BV en BJ (Bekende Journalisten)!
Er is een uitgebreid artikel van Marc Reynebeau (dS 22/03) met een begrijpelijke uitleg over het wonen in eigen streek maar met een ‘teneur’ die aan duidelijkheid niets te wensen overlaat: het is er gekomen onder Vlaams-nationalistische druk, wat zoals wij reeds weten volstaat voor Reynebeau om het af te schieten. Tegelijk geeft hij toe dat deze nieuwe regel géén taalvereiste inhoudt en dus enkel dient om lokale inwoners te beschermen tegen druk van buitenuit. Reden overigens waarom ook burgmeesters van de traditionele partijen – toch geen nationalisten – hieraan meewerken.
Het nieuwe argument in zijn bijdrage is de problematiek van ‘internationale inwijkelingen’ die vanuit de ganse EU gaan wonen in de Rand omdat Brussel duidelijk niet zo aantrekkelijk is. Maar met die ‘buitenlanders’ die hier een periode wonen zijn de problemen niet dezelfde als met de landgenoten. Zij weten dat ze in een Nederlandstalige gemeente wonen en eisen niets, integendeel, ze leren enkele woordjes Nederlands om hun boodschappen te kunnen doen in de buurt en organiseren zich sociaal onder mekaar zoals dat in elke hoofdstad gebeurt waar een grote internationale gemeenschap leeft. De VN hoofdzetels in Wenen, Genève, New York en de EU en NAVO in Brussel. Wat wél verschilt is dat de meeste ambassadeurs de taal kennen van het land, zelfs als dat Kroatië is of Litouwen, maar dat in België nog te veel ambassadeurs het Nederlands onkundig zijn. De Nederlandstalige meerderheid mag best meer op zijn strepen staan in deze zaak.
Wie echter de onweerstaanbare drang voelt om van elke onduidelijkheid en elk incident een zootje te maken, kan altijd terecht in dS en Le Soir, het samenwerkingsverband waar iedereen die ‘past in het maatschappelijk denken van de krant’, een loopje mag nemen met de waarheid en waarbij elke voetnoot of nuancering door de redactie schittert door afwezigheid. De laatste tijd is Lukas Vander Taelen (Groen!) zowat het genie onder de opiniemakers, dat dS inzet om de Vlamingen wegwijs te maken in de problematiek van de Wooncode en het bevorderen van wonen in eigen streek. Waarom die burgemeesters dit willen toepassen? Om het Vlaams karakter ter ondersteuning van het samenleven in hun gemeente te bevorderen. En dat heeft enkel en alles te maken met de ONWIL van de Franstalige landgenoten om zich te integreren door op zijn minst de taal van de streek te spreken. Deze discussie zou nooit bestaan hebben mochten de Franstaligen zich een beetje moeite hebben getroost om het Nederlands te aanvaarden als de gangbare taal, in het gemeentehuis, voor het sociale leven en in de buurtwinkels. Wallonië heeft toch geen probleem met de Vlamingen, waarom wij wel met de Franstaligen?
Peter Vandermeersch klopt zichzelf graag op de borst en schrijft in zijn commentaar op 25/03 over Le Soir en dS: We zijn de kranten die – in verslag, analyse en commentaar – de staatsvorming van dit land hebben helpen bepalen. We zien onszelf als de plaats waar de grote maatschappelijke debatten moeten worden gevoerd. (…) Het zal u misschien verwonderen, maar ook ik vind die Vlaamse wooncode een ‘gaffe'. Het onderdeel ‘wonen in eigen streek' van het Vlaamse grond- en pandendecreet vind ik misplaatst. Ziedaar de redactionele bijdrage van de hoofdredacteur: ‘IK VIND’. Wel wat hij vindt is zijn goed recht maar het hoort wel thuis in de rubriek opinies en niet in een commentaarstuk van een hoofdredacteur. Die VINDT niets, maar zijn commentaar schittert door de feitelijke gegevens en een degelijke argumentatie die resulteert in een beter begrip. Ik zal maar géén voorbeelden geven …
De verontwaardiging van Béatrice Delvaux, hoofdredactrice Le Soir, is groot (dS 26/03, opiniebladzijde). ‘Wij geloven in de vermenging, de communicatie, de dialoog. Wij zijn ervan overtuigd dat het separatisme een blijk zou zijn van een verschrikkelijk menselijk falen, want het zou een mislukking van mensen zijn die te trots, te egoïstisch, te navelstaarderig zijn om manieren te vinden om op een respectvolle manier samen te leven’. Waar ze duidelijk niet in gelooft is de noodzaak om de taal te spreken van de ander. Zijn vermenging in het Frans, communicatie in het Frans en dialoog in het Frans dan het ultiem bewijs van een respectvolle samenleving?
Dan volgt het tweede argument: de mensenrechten van de Franstaligen zijn geschonden. Dat bekrompen Vlaanderen waar men alleen Nederlands wil spreken. Je moet het maar durven als krant van een taalgemeenschap die nergens het Nederlands respectvol behandelt (niet in Brussel ondanks de officiële tweetaligheid; het is aan het verbeteren zegt men al járen) en niet in Wallonië waar sinds de vorige eeuw alle inwijkelingen worden verfranst. Au nom de la liberté, fraternité & égalité, waarvan ééntaligheid de emanatie is, ten minste in Wallonië!
Tenslotte herneemt ze haar argumenten: Ten eerste: 'Het democratische model vereist dat alle leden van een maatschappij volgens dezelfde principes en wetten behandeld worden.' Ten tweede: 'De reactie op de geobsedeerden van de zuiverheid van het bloed, de heiligheid van de grond en de eenheid van het geloof is niet de wet van de vergelding, maar een serene en vastbesloten gehechtheid aan de waarden van gelijkheid, openheid en moderniteit.'
Wie zoveel kwaadheid ziet in de ander, kan niet op een geloofwaardige manier grote waarden verdedigen.
Bruggen bouwen?
Pjotr
ANDERS GELEZEN verschijnt op maandag/dinsdag
Abonneren op:
Posts (Atom)