27 maart 2010

Vlaamse en Waalse bruggenbouwers

ANDERS GELEZEN

Vroeg of laat zal iemand rechtstaan en vragen: waarover gaat het eigenlijk?

Peter Vandermeersch schreef op 2 januari 2003 in dS, ‘De Standaard, zo geloven we, moet zich niet onderscheiden door ideologische of politieke voorkeuren. Wél door de juiste, genuanceerde en gecontroleerde weergave van de feiten. Door gedegen duiding en scherpe analyse’. Voorwaar een hele opgave waar dS helaas niet in slaagt. Vooral niet wanneer het gaat over belangrijke maatschappelijke onderwerpen, zoals de multiculturele problemen, de communautaire dossiers zoals BHV en de diverse initiatieven om de ontnederlandsing van Vlaanderen tegen te gaan.

Waar de krant evenmin in slaagt ‘Door de kolommen van de opiniepagina open te stellen voor de meest verscheiden en uiteenlopende meningen. Door dwarse en kritische commentaren’. Het overwegend aanbod van belgicistische, soms anti-Vlaamse stemmen met daarop reacties die zich beperken tot reageren op in plaats van zelf een correcte analyse te maken, resulteren in een aantal bladzijden welles nietes bijdragen waarvan de informatieve waarde ondergeschikt is aan de scherpe pen. Tabloïdjournalistiek door BV en BJ (Bekende Journalisten)!

Er is een uitgebreid artikel van Marc Reynebeau (dS 22/03) met een begrijpelijke uitleg over het wonen in eigen streek maar met een ‘teneur’ die aan duidelijkheid niets te wensen overlaat: het is er gekomen onder Vlaams-nationalistische druk, wat zoals wij reeds weten volstaat voor Reynebeau om het af te schieten. Tegelijk geeft hij toe dat deze nieuwe regel géén taalvereiste inhoudt en dus enkel dient om lokale inwoners te beschermen tegen druk van buitenuit. Reden overigens waarom ook burgmeesters van de traditionele partijen – toch geen nationalisten – hieraan meewerken.
Het nieuwe argument in zijn bijdrage is de problematiek van ‘internationale inwijkelingen’ die vanuit de ganse EU gaan wonen in de Rand omdat Brussel duidelijk niet zo aantrekkelijk is. Maar met die ‘buitenlanders’ die hier een periode wonen zijn de problemen niet dezelfde als met de landgenoten. Zij weten dat ze in een Nederlandstalige gemeente wonen en eisen niets, integendeel, ze leren enkele woordjes Nederlands om hun boodschappen te kunnen doen in de buurt en organiseren zich sociaal onder mekaar zoals dat in elke hoofdstad gebeurt waar een grote internationale gemeenschap leeft. De VN hoofdzetels in Wenen, Genève, New York en de EU en NAVO in Brussel. Wat wél verschilt is dat de meeste ambassadeurs de taal kennen van het land, zelfs als dat Kroatië is of Litouwen, maar dat in België nog te veel ambassadeurs het Nederlands onkundig zijn. De Nederlandstalige meerderheid mag best meer op zijn strepen staan in deze zaak.

Wie echter de onweerstaanbare drang voelt om van elke onduidelijkheid en elk incident een zootje te maken, kan altijd terecht in dS en Le Soir, het samenwerkingsverband waar iedereen die ‘past in het maatschappelijk denken van de krant’, een loopje mag nemen met de waarheid en waarbij elke voetnoot of nuancering door de redactie schittert door afwezigheid. De laatste tijd is Lukas Vander Taelen (Groen!) zowat het genie onder de opiniemakers, dat dS inzet om de Vlamingen wegwijs te maken in de problematiek van de Wooncode en het bevorderen van wonen in eigen streek. Waarom die burgemeesters dit willen toepassen? Om het Vlaams karakter ter ondersteuning van het samenleven in hun gemeente te bevorderen. En dat heeft enkel en alles te maken met de ONWIL van de Franstalige landgenoten om zich te integreren door op zijn minst de taal van de streek te spreken. Deze discussie zou nooit bestaan hebben mochten de Franstaligen zich een beetje moeite hebben getroost om het Nederlands te aanvaarden als de gangbare taal, in het gemeentehuis, voor het sociale leven en in de buurtwinkels. Wallonië heeft toch geen probleem met de Vlamingen, waarom wij wel met de Franstaligen?

Peter Vandermeersch klopt zichzelf graag op de borst en schrijft in zijn commentaar op 25/03 over Le Soir en dS: We zijn de kranten die – in verslag, analyse en commentaar – de staatsvorming van dit land hebben helpen bepalen. We zien onszelf als de plaats waar de grote maatschappelijke debatten moeten worden gevoerd. (…) Het zal u misschien verwonderen, maar ook ik vind die Vlaamse wooncode een ‘gaffe'. Het onderdeel ‘wonen in eigen streek' van het Vlaamse grond- en pandendecreet vind ik misplaatst. Ziedaar de redactionele bijdrage van de hoofdredacteur: ‘IK VIND’. Wel wat hij vindt is zijn goed recht maar het hoort wel thuis in de rubriek opinies en niet in een commentaarstuk van een hoofdredacteur. Die VINDT niets, maar zijn commentaar schittert door de feitelijke gegevens en een degelijke argumentatie die resulteert in een beter begrip. Ik zal maar géén voorbeelden geven …

De verontwaardiging van Béatrice Delvaux, hoofdredactrice Le Soir, is groot (dS 26/03, opiniebladzijde). ‘Wij geloven in de vermenging, de communicatie, de dialoog. Wij zijn ervan overtuigd dat het separatisme een blijk zou zijn van een verschrikkelijk menselijk falen, want het zou een mislukking van mensen zijn die te trots, te egoïstisch, te navelstaarderig zijn om manieren te vinden om op een respectvolle manier samen te leven’. Waar ze duidelijk niet in gelooft is de noodzaak om de taal te spreken van de ander. Zijn vermenging in het Frans, communicatie in het Frans en dialoog in het Frans dan het ultiem bewijs van een respectvolle samenleving?

Dan volgt het tweede argument: de mensenrechten van de Franstaligen zijn geschonden. Dat bekrompen Vlaanderen waar men alleen Nederlands wil spreken. Je moet het maar durven als krant van een taalgemeenschap die nergens het Nederlands respectvol behandelt (niet in Brussel ondanks de officiële tweetaligheid; het is aan het verbeteren zegt men al járen) en niet in Wallonië waar sinds de vorige eeuw alle inwijkelingen worden verfranst. Au nom de la liberté, fraternité & égalité, waarvan ééntaligheid de emanatie is, ten minste in Wallonië!

Tenslotte herneemt ze haar argumenten: Ten eerste: 'Het democratische model vereist dat alle leden van een maatschappij volgens dezelfde principes en wetten behandeld worden.' Ten tweede: 'De reactie op de geobsedeerden van de zuiverheid van het bloed, de heiligheid van de grond en de eenheid van het geloof is niet de wet van de vergelding, maar een serene en vastbesloten gehechtheid aan de waarden van gelijkheid, openheid en moderniteit.'

Wie zoveel kwaadheid ziet in de ander, kan niet op een geloofwaardige manier grote waarden verdedigen.

Bruggen bouwen?

Pjotr
ANDERS GELEZEN verschijnt op maandag/dinsdag

Geen opmerkingen: